Cees Tromp, zoon van een melkveehouder, begon zijn carrière in de zuivel door melk en eieren van deur tot deur te verkopen in Oud Schoten, het huidige Haarlem Noord. Hiermee legde hij de basis voor wat zou uitgroeien tot een lange familietraditie in de zuivelhandel. 

Zijn zoon, Toon Tromp, breidde het bedrijf verder uit. Naast de straathandel, waar melk en eieren al langer met een bakfiets werden verkocht, begon hij in 1922 zelf vla en yoghurt te maken. Toon opende ook een winkel, en zijn ondernemerschap zorgde ervoor dat vier van zijn twaalf kinderen later het bedrijf overnamen.  

Mees Tromp, samen met zijn broers, nam het bedrijf over en bouwde het verder uit. Ze brachten het bedrijf tot een hoogtepunt met zes wagens die dagelijks door de wijken van Haarlem Noord reden, verspreid over zes dagen per week. Daarnaast waren er drie winkels en introduceerden ze de SRV-wagens. 

Frans Tromp, een van de volgende generaties, ging als kleine jongen al mee met de handel van zijn vader en ooms. Later startte hij zijn eigen straathandel in Heerhugowaard en zette hij de familietraditie voort. 

Robbert-Jan Tromp, de jongste generatie, begon zijn ondernemersavontuur op achtjarige leeftijd door eieren van de familie aan de deur te verkopen. De vraag groeide zo snel dat hij al gauw extra eieren moest inkopen. Op zijn achttiende kocht hij een busje en breidde hij uit met een marktwagen en een SRV-wagen. Met zijn toewijding aan versheid en service zet hij de traditie van de familie Tromp voort.